Ik ben altijd bezig met het optimaliseren van de leefomgeving van mijn kudde. Waarom? Omdat ze zich hier 23 uur meer in bevinden dan bij mij in de rijbaan. En als je het dan zo bekijkt kan het van enorme trainingswaarde zijn.
De paarden worden handiger, vitaler en bepalen hun eigen gewoontes. De één mag graag de haag snoeien, terwijl anderen spelen of kruiden zoeken. Een sprong over de boomstammen, schouderbinnenwaarts langs de autobanden, halt en stretch bij de waterbak of heuvel neerwaarts om te kunnen drinken.
Zie je mij tussen de kudde, dan sta ik vaak te observeren. Ik leg graag de metamorfoses vast en pas hun eethouding aan om een bepaalde spiergroep aan te spreken.
De één moet meer zijn bekken kantelen, de ander zijn onderhals minder gebruiken en meer kap ontwikkelen en weer een ander wordt handiger op de traptreden.
Zelfs als de baas van stal is, traint het paard door. Mooi dat ’t zo kan toch?!
Leave a Reply