Vriend of vijand? Plant van de maand: Brandnetel

Stekend kruid? Jeuk kruid ? Onkruid?
Voor een ieder heeft de brandnetel een andere “waarde”, voor de één is het een doorn in het oog, maar voor mij is het voedsel!?

Al is brandnetel een sterk woekerende plant en krijg je ze niet gemakkelijk uit de tuin of weide, wanneer je dit zou willen, maar voor mij is het juist een nuttige plant. In de tuinderswereld wordt het ook wel gebruik om brandnetelgier te maken. Wikipedia: “Brandnetelgier is een gegist aftreksel van brandnetelbladeren en -stengels dat nuttig is in de biologische tuin. Het bevat veel stikstof en mineralen en bevordert het bodemleven en stimuleert de groei van de planten.”

Ik knip de brandnetels die rond de track staan regelmatig af en nog voordat de planten de tijd krijgen om te drogen, worden ze al opgegeten. Brandnetel is namelijk super gezond voor paarden en veel paarden weten dit dan ook zelf. Vers worden ze minder geliefd, omdat het ook aan de paardenmond prikt.

Brandnetels zijn een zeer gezonde aanvulling op het paardenrantsoen en ze worden ook in vele (detox) supplementen gebruikt. Het kruid is rijk aan mineralen, vitaminen, sporenelementen, essentiële aminozuren, proteïnen en voedingsvezels.  Brandnetels worden ook gebruikt als medicinaal kruid. Het reinigt darmen en bloed, helpt met afvoeren van afvalstoffen en het ondersteunt zowel een goede spijsvertering als weerstand. Ook heeft het invloed op de bloedsomloop. Ook wij mensen kunnen er zeker baad bij hebben. Ik heb de gekookte! brandnetels eens in een stamppot verwerkt en zowaar leek het op raapsteel stamppot.

Met name eczeem gevoelige paarden kunnen veel baad hebben bij het voeren van brandnetels. Waarom een supplement kopen als je het zelf in de tuin of langs de berm kunt vinden. Je kunt ze zelfs goed drogen om er in de winter ook van te kunnen voeren.

Sanne Mol – samen met Belle

In een vorige blog over Belle “Het verhaal van Belle” heb je kunnen lezen dat Belle nog steeds vooruitgang aan het boeken was binnen de lessen van STAPS. Helaas is ze in december 2019 gevallen met een ruiter, en waren al haar kansen verkeken. Er is besloten haar per direct niet meer in te zetten voor de lessen en haar te verkopen. Sinds februari 2020 is Belle dan ook van mij, Sanne. Ze staat nog steeds in haar vertrouwde kudde bij Sharon.

Zoals je in de vorige blog hebt kunnen lezen, was Belle erg bang voor balkjes, rennend er overheen en had ze blinde paniek bij het zien van deze balkjes. Na de periode dat ze, dankzij Sharon, op haar eigen benen is gaan lopen, zijn we ook weer rustig aan begonnen met balkjes training. Eerst twee balkjes op de grond, maar over elk balkje bleef ze vallen. Het is eigenlijk knap te noemen, hoe zij het voor elkaar krijgt om élk balkje aan te raken waar ze overheen loopt. Of dit nou in stap, draf of galop is.

De eerste keren hebben we de training gestopt zodra ze twee balkjes achter elkaar niet aantikte. Want hoe groot is die beloning? Stoppen als je het goed doet! Niet pushen tot het uiterste, maar laten blijken dat het leuk is.
Na weken van trainen, konden we zelfs de balkjes aan 1 kant wat hoger leggen. Ook werd de afstand steeds breder. Waar we begonnen met drafbalken op zo’n 40 cm afstand van elkaar, liggen ze nu op bijna een meter.

Op het moment dat Belle meer plezier had in het balkjes lopen, hebben we een sprongetje geprobeerd aan de longeerlijn. Bij het springen komt het SI gewricht los, als deze vast zit. Omdat Belle sowieso erg strak in haar spieren zit, leek mij het springen een mooie uitdaging voor zowel haar lichaam als in haar hoofd. De eerste sprongen waren geen succes, de paniek was weer terug en als ze geen tijd meer had om te weigeren, liep ze dwars door de hindernis heen. Na een aantal weigeringen hebben we de balk op de grond gelegd, Belle nam een aanloop en sprong alsof het een hindernis van 1.40m was. Maar ze was er overheen! Niet alleen over de hindernis, maar ook over haar angst. Vanaf dat moment is ze springen geweldig gaan vinden. We springen steeds een beetje hoger en maken zelfs al “parcoursjes” aan de longeerlijn. Zodra ze de hindernis ziet, gaan haar oren naar voren, neemt ze een aanloop en springt ze overal ruim overheen.

Belle is de afgelopen periode veranderd van een rennend paard dat op de vlucht ging voor balkjes, tot een heus springpaard aan de longeerlijn, waarbij ze gedragen en rustig over de hindernissen springt. Soms is er nog een kleine twijfel welk been ze als eerste moet doen, maar ook dat gaat ze nog leren! Ook tijdens het rijden hebben we balkjes neergelegd en zijn we hier overheen gegaan. Ik rijd op Belle met een barebackpad, zo voel ik precies wat er in haar rug gebeurd en waar ik haar nog moet ondersteunen of juist los moet laten. Op het moment dat haar ruggebruik wat verzwakt, gaan we over de balkjes en voel ik haar rug gelijk weer naar me toekomen en draagt ze zich weer.  De volgende uitdaging, vooral voor mij, is een sprongetje onder het “zadel”. Hierbij moet Belle mij overtuigen, dat we het samen kunnen.

Op gelijke voet..of niet?

Ik heb er lang over nagedacht of ik deze blog wel ging schrijven, niet alleen omdat er veel discussie over is, maar ook om de passie in het aantal woorden dat ik met deze blog nodig heb 🙂 (voor de gevorderde bloglezer).

Nu met de Corona crisis kan het zijn dat de hoefsmid zijn werkzaamheden niet kan uitoefenen en de hoeven van je paard sterk verminderen. Wat zou het nu handig zijn om ze zelf bij te kunnen houden. Al is het om scheuren/brokkels en flares voor te zijn. Ik bekap inmiddels 10 jaar zelf en in de eerste jaren in samenspraak met mijn hoefsmid.

Er zijn veel verschillende meningen in de paardenwereld en het is niet
mijn bedoeling om maar één kant te belichten. Het is mijn kant, maar het
hoeft niet jullie kant te zijn. Ik laat een manier zien die anders is dan
anders, maar wel onderbouwd. Ik kan het beamen, want ik voer het
inmiddels 10 jaar zelf uit. Mijn paarden zijn het levende bewijs. Waar
ik het dit maal over wil hebben zijn paardenvoeten.

Dat ik mijn paarden zelf bekap is niet mijn eigen keuze geweest, maar daar
maakte mijn ​Tinker Breeze het er naar. De hoefsmid vond hem ronduit
vervelend en het gedrag dat hij vertoonde werd steeds erger. Het werd een gevecht en ik begon de bekap beurten uit te stellen. Ook ging het tarief omhoog, naarmate het zwaarder werd om hem te bekappen. Het rijden was ook zeker niet zonder gevaar. Breeze struikelde over elke oneffenheid, zijn hoeven leken wel te groot voor hem. Toen wees mijn hoefsmid er op om
zelf te gaan bekappen en Breeze zo in kleine stapjes te laten wennen.

Door middel van een omgebouwde computerstoelpoot had ik een bekap bokje gecreëerd en heb ik een bekap cursus gevolgd. Dit om een grotere interval te creëren voor de hoefsmid bezoeken en zo kon ik hem in alle rust helpen. Ondanks dat ik wel aardig met gereedschappen overweg kon, was dit klusje niet zomaar even gepiept. Een zware Tinker die niet mee werkte, nieuw gereedschap, de angst om het verkeerd te doen en niet te vergeten een zere rug. Niet iets dat ik nou gelijk jullie zou aanbevelen.

Maar toch geniet het de voorkeur om eens goed naar de hoeven van het paard te kijken. Zo hebben de voorvoeten altijd een andere vorm dan de
achtervoeten en kan er hoogteverschil zijn tussen links en rechts. Als we
goed kijken is de hoef bepalend voor de stand van het gehele skelet!
Zitten er ribbels op de hoef en waar bevinden deze ribbels zich? Lijken
de hoeven misschien op eenden snavels of krult de hoefwand aan de
zijkant altijd omhoog (flare)? Ook kan het paard vaak steentjes mee
nemen van een buitenrit, wat zonder secuur hoefkrabben kan uitten in een
hoefzweer. De steentjes kunnen niet zelfstandig terug en zullen naar
boven moeten bewegen om vervolgens via de kroonrand er weer uit te
komen. Mijn blog: “van nature scheef – hoefbalans“, sluit hier mooi op
aan.

In het bekappen zijn er verschillende stromingen. Zo wordt het
traditioneel bekapt (met/ zonder ijzers of speciaal beslag) en het
steeds meer besproken natuurlijk bekappen. Welke manier bij jou en je
paard past, hangt af van verschillende factoren. Zo speelt de
leefomgeving zeker mee. Het is hartstikke mooi de natuur na te streven,
te beginnen bij de voeten, maar het paard daarna in stal op een zachte
bodem te houden, geeft weinig invloed op de hoef. Ook een bepaalde tak van sport of het simpelweg niet beter weten, kan beïnvloeden welke manier bij je past.  Maar voor de overgang naar natuurlijk bekappen zijn er soms meerdere bekap beurten achter elkaar nodig (€caching), om het paard niet té veel ongemak te geven. Ook dit kan de keuze beïnvloeden om het toch maar bij het oude vertrouwde te houden.

Het is logisch dat een paard wat gevoelig zal zijn, dit zouden wij ook
zijn als wij meteen blootvoets over de straat moeten. Als eigenaar heb
je ook om te schakelen en het rijden een tijdje aan te passen, zodat het
paard zelf kan bepalen waar het fijn beweegt. Of zelfs hoefschoenen aan
te schaffen als we per se toch willen rijden. We zullen zien dat de harde
ondergronden eerst worden vermeden. Door het langzaam laten wennen aan asfalt, zal de hoef zich weten aan te passen en zorgen voor een ‘eelt’
laag. Doordat we de hoeven zelf op de gewenste lengte kunnen houden,
krijgt de hoef niet het sein(ik moet hoefmateriaal kwijt) om een
breekbare hoefwand aan te maken. Zo houden we een hele mooie brede
hoefwand die beter bestand is tegen invloeden van buitenaf. Scheuren en
brokkels zullen behoren tot het verleden.

Een ander mooi gegeven is dat de hoef zelf een prachtige straal
ontwikkelt, die mee draagt en zorgt voor een natuurlijk schokdemping
voor pezen en gewrichten. De bloedsomloop wordt beter rondgepompt in het been door het uiteenzetten van de hoef bij het landen op de
bodem(hoefmechanisme). In een later stadium zal de hoef zelfs weer hol
worden, en zal het hoefbeen beter op zijn plaats gehouden worden. Er
ontstaat een sterke verbinding tussen de witte lijn en de hoefwand.
Kleine steentjes kunnen geen probleem meer veroorzaken in een gezonde
witte lijn. Deze zal niet langer worden opgerekt door de trekkracht van
een te lange hoefwand. Door de teen mooi af te ronden kunnen we invloed
uitoefenen op het afwikkelen van de hoef en kan het paard gemakkelijker
bewegen. We zien een soepeler bekken en schoudervrijheid en ruimere
passen. Een ostheopatische behandeling is een fijn gegeven, maar met
oncomfortabele voeten zal het lichaam snel weer moeten compenseren,
en zijn we bij begin af.

Ik heb hele mooie praktijkvoorbeelden van paarden waarbij ik heb geholpen om tot een gezondere hoef te komen. Bij elk paard verloopt het anders, van een eerste verandering in 3 maanden tot een verandering na een jaar.

Ook heb ik kunnen helpen bij een revalidatie proces van een peesblessure. Het
paard had enorme tenen en ondergeschoven verzenen (hielen), waardoor er een enorme kracht op de pezen ontstond bij het afwikkelen. Hij
struikelde over alles en stampte enorm. Hij had gewoonweg geen gevoel in
zijn eigen voeten. Het advies box rust gaf niet het resultaat, wat beweging en gezonde hoeven wel gaf. Gelukkig luisterde de eigenaresse naar haar paard en stelde ze hem voorop, waardoor ze nu aan een lange teugel, zonder struikelgevaar, buiten rijden. Het been is zelfs vanaf zijn aankomst hier, niet meer dik geweest :).

Ook voor het helpen bij revalideren bent u bij Rechtgericht aan het
juiste adres.

Voor wie meer wil weten over wat een hoef ons allemaal kan ‘vertellen’,
houd mijn website in de gaten voor mijn komende blog: “Een van nature holle hoef, maar nu steeds zeldzamer”.

En voor wie helemaal geïnteresseerd is, en tegen zeer verwaarloosde hoeven kan en hoe dit er aan de binnenkant van de hoef uitziet kan op deze link klikken: “Casus – hoefbevangen hoef ontleed“. Deze blog is beschermd met het wachtwoord: hoefbevangen (om niet iedereen ongewenst lastig te vallen met, voor sommigen, onsmakelijke foto’s)

Het nut van darmbacteriën

Ieder lichaam heeft bacteriën in zijn darmen, zo ook paarden. Deze bacteriën zorgen ervoor dat voedingsstoffen uit het voedsel kunnen worden gehaald. Er zijn een hele boel soorten bacteriën en allemaal hebben ze hun eigen taak. Zo zijn er andere bacteriën nodig voor het omzetten van kuil dan voor het omzetten van gedroogd hooi. We horen daarom ook vaak dat het geleidelijk introduceren van nieuwe voeding, heel erg belangrijk is. Dit is belangrijk om ervoor te zorgen dat de darm de benodigde darmbacteriën kan aanmaken, om het nieuwe voedsel te kunnen verteren. Gaat dit niet geleidelijk, dan kan de voeding onvoorbereid in de dikke darm terecht komen. Waarbij er verkeerde melkzuren kunnen ontstaan. Daardoor krijgt het paard gassen en wordt er minder water aan het voedsel onttrokken, met als gevolg diarree. Hierdoor kunnen gaskolieken, verstoppingen of zelfs verdraaiingen ontstaan. De darmwerking is minder en de voeding wordt minder goed getransporteerd. Eventueel aanwezig zand blijft in de darm en bezinkt. Ook hiervoor is een optimale darmwerking en darmperistaltiek van wezenlijk belang.

Een goede darmwerking begint bij het aanbieden van voldoende ruwe celstoffen. Een paard zou voldoende voedingsstoffen moeten kunnen halen uit alleen hoogwaardig ruwvoer. Dit kunnen we laten testen en eventuele tekorten kunnen zo worden aangevuld met bijvoeding. Hierdoor krijgt het paard geen overschotten en wordt het lichaam minder belast. Bij hogere prestaties hebben we het paard meer te ondersteunen door voeding. Dit kan door hoogwaardige bijvoeding of een supplement. Het geeft de voorkeur om te kiezen voor een voeding met een groot aandeel ruwe celstof, waardoor het paard veel kauwbewegingen en speeksel produceert. Het paard is zo langer met zijn voeding bezig. Ook vetten zijn een goede aanvulling voor het paard dat duurprestaties moet leveren. Vetten zijn een langzaam vrijkomende energiebron, in tegenstelling tot snelle suikers en producten met veel graan. Let er echter wel op dat het paard beschikt over voldoende eiwitten ter ondersteuning bij het herstellen van de spieren na de training. Meerdere giften per dag geniet de voorkeur om een constante toevoer van voedingsstoffen na te streven.

Een gezond paard begint bij een gezonde darm. Het paard zal beter bestand zijn tegen weersinvloeden en ziekteverwekkers. Met deze gezonde darm kunnen zelfs zeer ondervoede paarden (zonder kiezen!), nog weer volwaardig paard worden, bewijst Snow in haar blog: “Op je 26e nog revalideren“.

Cas mag tandenpoetsen

Het is was deze week tijd voor de 2e gebitsbehandeling van Casanova. Eindelijk..! wat zal mijn paardentandarts van zijn conditie vinden en hoe is zijn gebit gebleven ondanks het luchtzuigen? En bovenal de vraag: Kan ze nu wel zien hoe oud Casanova is?

Het gebit maakt een heel groot deel uit van de gehele balans van het paard! De kaak moet kunnen uitzakken, van links naar rechts bewegen en mag geen ongemakken geven. Bij het werken met ons paard, is de conditie waarin het gebit verkeerd, van groot belang. Door het gebruiken van hulpmiddelen kan het paard problemen gaan uiten van pijn en ongemakken. Het aansnoeren van de neusriem kan ervoor zorgen dat het paard zijn mond niet meer kan openen. Wanneer het paard haken op zijn tanden heeft, blokkeert de kaak. Door de neusriem en vaak ook sperriem, kán ons paard niet optimaal bewegen. Het paard zal nu wel moeten compenseren in zijn lijf. Maar ook het simpel de bocht om gaan, kan alleen met een vrij bewegende kaak! Let maar eens op een paardenmond bij het nemen van een wending. De kaak beweegt naar buiten.

In mijn eerste blog: “Moet vandaag weg”, schreef ik over de moeilijke keuze die ik destijds moest maken om Casanova in zeer slechte conditie te durven sederen. Ik heb toen gekozen om hem eerst te laten aansterken, maar al gauw werd duidelijk dat dit geen optie was. Cas had vaak koliek en in samenspraak met de kliniek en mijn paardentandarts schreven we dit zijn gebit aan. Het bleek dat Casanova zijn kaken vast zaten door de vele haken op zijn kiezenrij, waardoor ook zijn tong en wangen waren gehavend. Het luchtzuigen had schade gedaan aan zijn voortanden, waardoor er niet veel tanddikte meer over was. Ook niet genoeg om zijn leeftijd te kunnen bepalen. Casanova had 3 dagen tijd nodig om weer te leren malen en kon toen pas zijn gebit weer normaal gebruiken. Door het slechte onderhoud heeft mijn tandarts zeer secuur en weloverwogen keuzes moeten maken in wat ze wel en niet weg kon weghalen, om tot een bruikbaar gebit te komen.

Dit jaar vond ik het maar wat spannend en wat ik was vergeten, maar mijn tandarts niet, was dat Casanova nog een afgebroken wolfskies had en aan mij de vraag of ze deze moest verwijderen. Cas was door zijn verbeterde conditie wat allerter, maar wat was hij braaf! De kies was vlot verwijderd en de verdere gebitsbehandeling kon beginnen. Zowel zijn voortanden als zijn kiezen waren nog mooi in balans en ze was zeer tevreden over zijn vooruitgang. De voortanden waren jammer genoeg nog niet voldoende ontwikkelt om een zekere inschatting te maken van zijn leeftijd, maar voor nu houden we het op 16 jaar.

Nu ik weet dat er zich geen problemen in zijn mond bevinden, kunnen we gaan kijken voor een passend bit. Ook mogen we zijn tanden zelf gaan bijhouden door middel van tandenpoetsen :), om tandsteen en voedselophopingen te voorkomen.

Graag geef ik mee dat ook wanneer je het gebit van je paard hebt laten behandelen er áltijd een second opinion van een andere paardentandarts problemen kan verhelpen. Voordat we grijpen naar corrigerende gehoorzaamheidsmiddelen. Een gebit groeit en kan door een scheve houding, minder secure afwerking of onbalans, binnen drie maanden alweer scherp zijn of zelfs nóg scherp zijn.

Tip:
Houdt mijn blog in de gaten om te zien of de gebitsbehandeling van Belle invloed heeft gehad op haar buikbalans, en zelfhouding.

Met dank aan Paardentandarts Vivianne Kleine. Weer bedankt voor je kundige en secure werkwijze. Je duidelijke antwoorden op mijn vele vragen en vriendelijke benadering naar mijn paarden. Ook dit jaar weer een positieve ervaring voor Casanova & Belle.

Veilig en met mate grazen – voorkom problemen

De compost is al geheel aan het zicht verdwenen en maakt plaats voor een prachtig groene zode met verschillende gewassen. Ondanks dat ik kies voor bemesting middels gecomposteerde materialen, heeft onze weide een prachtige opstart gemaakt en ziet het er gezonder uit dan de net geïnjecteerde weides om ons heen.

De paarden weten het ook en lopen zorgvuldig bij de omheining langs om een grassprietje te bemachtigen. Ook de pas uitgelopen bomen en struiken vallen in de smaak. Het is dit jaar al vroeg mooi weer en ook de nachten zijn minder koud dan normaal in deze tijd van het jaar. De paarden hebben hun vetreserves al aardig verbruikt en het eiwit in het jonge voorjaarsgras kan nu een mooie aanvulling geven. Ook de paarden hoor je niet klagen als de draad van de weide open gaat. Hoe mooi het ook lijkt, is het nu enorm oppassen. De waarden in het gras zijn gevaarlijk hoog door het nu al droge weer (ontbreken vocht) in combinatie met de hoge temperaturen. Het gras wil graag groeien, maar door het ontbreken van vocht, slaat het grasplantje zijn energie op in fructaan, om in een later stadium te kunnen gebruiken voor de groei. Dit fructaan is erg zoet en wordt daarom ook wel een snelle suiker genoemd.

Grazende paarden

Geplaatst door Rechtgericht op Dinsdag 14 april 2020

Omdat de darmen van de meeste paarden in de winter teren op vezelrijk hooi en bijvoeding, heeft het nu nog niet de juiste darmbacteriën voor het verteren van het jonge voorjaarsgras. Gevolg, een verstoring van de stofwisseling met gaskoliek of diarree.

Het is daarom verstandig het paardenlichaam rustig te laten wennen aan de omschakeling naar het gras. Zelf doe ik dit door middel van graastijdbeperkingen van de eerste weken maar 10 minuten. Dit bouw ik langzaam uit naar grotere tijdsvlakken. En zelfs dan kan het nog mis gaan, bewijst de Fries in onze de kudde. Gaskoliek!

Maar ook hoefbevangenheid ligt dit jaargetijde op de loer! Het suiker in het gras (fructaan) wordt in de dunne darm afgebroken om vervolgens in het bloed te kunnen worden opgenomen. De bloedsuikerspiegel stijgt en de alvleesklier zorgt voor insuline om het glucose naar de cellen te transporteren. Een hoge suikeropname kan voor paarden met insulineresistentie zorgen (ook te dikke paarden!) voor een abnormale reactie van insuline.

De suikerverterende bacteriën krijgen zoveel voedingsstoffen, dat zij zich als het ware “doodgroeien”.  Uit de afstervende bacteriepopulaties komen veel gifstoffen vrij, die eenmaal in het bloed opgenomen  de bloedvaten in de hoef aantasten. Het gevolg van een aantasting van de bloedvaatjes  is altijd in eerste instantie hoefbevangenheid tot gevolg.

Ik kies er daarom voor om niet alle paarden te laten grazen op het voorjaarsgras. De goed doorvoede koudbloeden blijven achter de draad en zo ook mijn merrie met zomereczeem. Voor hen zijn de suikers uiterst slecht. Zij moeten wachten tot het gras in bloei staat en meer vezels bevat dan suiker.

Tip. Gebruik de fructaanindex op mijn homepage om te zien of de waardes in het gras gevaarlijk zijn.

Hoefproblemen: Droogte

Je zult wel denken, droogte?! We zijn net een beetje van die modder af. Als ik naar mijn eigen paddock en weide kijk, zie ik al een schrijnend te kort aan water en ook het zand van mijn rijbak komt mij tegemoet waaien.

Terwijl we andere jaren pas midden zomer aan deze hoefproblemen denken, begin ik er alvast mee: De hoeven voorzien van vocht! Ik merk dat de stralen nu al erg indrogen en dat het bekappen moeizamer gaat. Voor het paard geeft dit echter geen problemen, mooie harde hoeven die beter bestand zijn tegen een buitenrit over asfalt. Waar maak ik mij dan al druk om, zou je denken.

De kwaliteit van een hoef komt voort uit de mate van beweging, voeding en zeker niet te vergeten: vochtbalans.

Een juiste vochtbalans is belangrijk voor de elasticiteit van de hoef, waardoor we een zo optimaal mogelijk hoefmechanisme nastreven. Je kunt de hoef (mits juist bekapt) zien als een pomp. Wanneer de hoef op de grond komt, zet deze uit en zorgt voor een pompende werking in de bloedsomloop van het been.
Goed doorbloede hoeven zijn dus ook warmer! Een goede doorbloeding heeft positief effect op de spieren en pezen in het paardenbeen en voorkomt zo beengebreken.

Hoogwaardige kwaliteit oliën verhinderen de hoef voor uitdroging of verzachting, maar wanneer het zoals nu erg droog is, neemt vochtbalans van de hoeven af, maar dit gebeurt ook in (vochtopnemend) stalstrooisel!

De moraal van mijn verhaal. Probeer nu al invloed uit te oefenen op de vochtbalans van de hoeven van je paard. Dit kan door het laten overstromen van je waterbak, waardoor er een laagje, (ja..modder) komt te liggen. De modder houdt het water vast en beschermt de hoef van verdere uitdroging. Hiermee voorkomen we dat de hoef gaat brokkelen en scheuren, dat zorgt voor grotere problemen en gevoeligheid.

Zelf heb ik een waterobstakel gecreëerd waar de paarden meerdere keren per dag doorheen moeten stappen om aan de andere zijde van de paddock te komen.

Voor wie het grootser wil aanpakken kan er een zwempoel worden gerealiseerd, waar paarden graag gebruik van maken.

Ook Rechtgericht helpt graag bij de realisatie naar een meer natuurlijk evenwicht bij het houden van paarden. Ook hiervoor vraag je een adviesconsult aan.

Vriend of vijand? Plant van de maand: Jacobskruiskruid

Ik probeer elke maand een plant uit mijn weide te belichten. Ondanks dat de plant nu nog geen gele bloemen draagt, vallen zijn rozetten in de lente goed op. Het kruiskruid groeit eerder dan ons weidegras en zijn daardoor nu goed te herkennen.

Het is een veelbesproken “enge” plant, het sintjacobskruiskruid. En niet voor niets vinden wij het een enge plant, want deze plant is inderdaad giftig en kan bij overmatige inname zelfs dodelijke gevolgen hebben. Wanneer het paard deze plant tegen komt, zal dit geen gevaar opleveren. Van nature weet het paard dat deze plant giftig voor haar is. Maar dit wordt anders als het zich in gedroogde vorm in het hooi bevindt. Het paard zal de plant niet meer herkennen en het risico lopen om het toch binnen te krijgen.

Waarom is het zo giftig?
Jakobskruiskruid is giftig voor de meeste zoogdieren, waaronder ook de mens, doordat het zestien verschillende alkaloïden bevat. De bloemen bevatten tweemaal zoveel gif als de bladeren. In de plant zijn pyrrolizidine-alkaloïden (PA’s) aanwezig in de N-oxidevorm die niet giftig is. Pas als de plant opgegeten wordt, worden deze verbindingen met name in de dunne darm omgezet in giftige, vrije alkaloïden die de lever aantasten, waarbij kleine bloedvaatjes verstopt raken. (‘Hepatische veno-occlusie’). (bron: Wikipedia)

Runderen en paarden vermijden bij het grazen jakobskruiskruid normaal gesproken, maar in tijden van droogte en voedselschaarste kunnen ze het wel gaan eten. Hoewel kruiskruidvergiftiging de lever op een onomkeerbare manier kan beschadigen, is het effect van deze beschadiging op de gezondheid van een dier niet altijd onomkeerbaar. Tot op zekere hoogte kan de functie van de afgestorven levercellen overgenomen worden door andere levercellen. Als de aangebrachte schade echter te groot is, dan is dit niet meer mogelijk en als de levercapaciteit met 50-70% is afgenomen ontstaan er verschijnselen van leverziekte.

Toch heb ik deze plant rond mijn weide staan, en laat ik hem tot bloei komen. Dit doe ik, omdat ik de weide niet hooi en deze plant enorm veel insecten aantrekt, die zich op hun beurt weer nuttig maken voor de andere kruiden in mijn weide. Ik hou de planten wel goed in de gaten, zodat hij niet tot grotere verspreiding kan komen. Het is een pioniersplant en hij verspreidt zich snel, doordat een volwassen plant 75.000 tot 200.000 vruchten kan produceren, die op open plekken in het gras of de berm, makkelijk kiemen. Zo houdt ik het aantal in de hand, en het staat ook nog eens mooi.

Vergis je niet tussen de wel nuttige plant: het boerenwormkruid. Deze lijkt enorm veel op het Jacobskruiskruid en wordt onterecht uit de weides gemeden. Terwijl deze plant, zoals zijn naam al aangeeft, worm afdrijvend werkt. Het verschil kan worden gezien in de bloemschermen die het boerenwormkruid niet heeft. Ook aan de typische geur, kan het wormkruid worden herkent.