Veilig en met mate grazen – voorkom problemen

De compost is al geheel aan het zicht verdwenen en maakt plaats voor een prachtig groene zode met verschillende gewassen. Ondanks dat ik kies voor bemesting middels gecomposteerde materialen, heeft onze weide een prachtige opstart gemaakt en ziet het er gezonder uit dan de net geïnjecteerde weides om ons heen.

De paarden weten het ook en lopen zorgvuldig bij de omheining langs om een grassprietje te bemachtigen. Ook de pas uitgelopen bomen en struiken vallen in de smaak. Het is dit jaar al vroeg mooi weer en ook de nachten zijn minder koud dan normaal in deze tijd van het jaar. De paarden hebben hun vetreserves al aardig verbruikt en het eiwit in het jonge voorjaarsgras kan nu een mooie aanvulling geven. Ook de paarden hoor je niet klagen als de draad van de weide open gaat. Hoe mooi het ook lijkt, is het nu enorm oppassen. De waarden in het gras zijn gevaarlijk hoog door het nu al droge weer (ontbreken vocht) in combinatie met de hoge temperaturen. Het gras wil graag groeien, maar door het ontbreken van vocht, slaat het grasplantje zijn energie op in fructaan, om in een later stadium te kunnen gebruiken voor de groei. Dit fructaan is erg zoet en wordt daarom ook wel een snelle suiker genoemd.

Grazende paarden

Geplaatst door Rechtgericht op Dinsdag 14 april 2020

Omdat de darmen van de meeste paarden in de winter teren op vezelrijk hooi en bijvoeding, heeft het nu nog niet de juiste darmbacteriën voor het verteren van het jonge voorjaarsgras. Gevolg, een verstoring van de stofwisseling met gaskoliek of diarree.

Het is daarom verstandig het paardenlichaam rustig te laten wennen aan de omschakeling naar het gras. Zelf doe ik dit door middel van graastijdbeperkingen van de eerste weken maar 10 minuten. Dit bouw ik langzaam uit naar grotere tijdsvlakken. En zelfs dan kan het nog mis gaan, bewijst de Fries in onze de kudde. Gaskoliek!

Maar ook hoefbevangenheid ligt dit jaargetijde op de loer! Het suiker in het gras (fructaan) wordt in de dunne darm afgebroken om vervolgens in het bloed te kunnen worden opgenomen. De bloedsuikerspiegel stijgt en de alvleesklier zorgt voor insuline om het glucose naar de cellen te transporteren. Een hoge suikeropname kan voor paarden met insulineresistentie zorgen (ook te dikke paarden!) voor een abnormale reactie van insuline.

De suikerverterende bacteriën krijgen zoveel voedingsstoffen, dat zij zich als het ware “doodgroeien”.  Uit de afstervende bacteriepopulaties komen veel gifstoffen vrij, die eenmaal in het bloed opgenomen  de bloedvaten in de hoef aantasten. Het gevolg van een aantasting van de bloedvaatjes  is altijd in eerste instantie hoefbevangenheid tot gevolg.

Ik kies er daarom voor om niet alle paarden te laten grazen op het voorjaarsgras. De goed doorvoede koudbloeden blijven achter de draad en zo ook mijn merrie met zomereczeem. Voor hen zijn de suikers uiterst slecht. Zij moeten wachten tot het gras in bloei staat en meer vezels bevat dan suiker.

Tip. Gebruik de fructaanindex op mijn homepage om te zien of de waardes in het gras gevaarlijk zijn.

Hoefproblemen: Droogte

Je zult wel denken, droogte?! We zijn net een beetje van die modder af. Als ik naar mijn eigen paddock en weide kijk, zie ik al een schrijnend te kort aan water en ook het zand van mijn rijbak komt mij tegemoet waaien.

Terwijl we andere jaren pas midden zomer aan deze hoefproblemen denken, begin ik er alvast mee: De hoeven voorzien van vocht! Ik merk dat de stralen nu al erg indrogen en dat het bekappen moeizamer gaat. Voor het paard geeft dit echter geen problemen, mooie harde hoeven die beter bestand zijn tegen een buitenrit over asfalt. Waar maak ik mij dan al druk om, zou je denken.

De kwaliteit van een hoef komt voort uit de mate van beweging, voeding en zeker niet te vergeten: vochtbalans.

Een juiste vochtbalans is belangrijk voor de elasticiteit van de hoef, waardoor we een zo optimaal mogelijk hoefmechanisme nastreven. Je kunt de hoef (mits juist bekapt) zien als een pomp. Wanneer de hoef op de grond komt, zet deze uit en zorgt voor een pompende werking in de bloedsomloop van het been.
Goed doorbloede hoeven zijn dus ook warmer! Een goede doorbloeding heeft positief effect op de spieren en pezen in het paardenbeen en voorkomt zo beengebreken.

Hoogwaardige kwaliteit oliën verhinderen de hoef voor uitdroging of verzachting, maar wanneer het zoals nu erg droog is, neemt vochtbalans van de hoeven af, maar dit gebeurt ook in (vochtopnemend) stalstrooisel!

De moraal van mijn verhaal. Probeer nu al invloed uit te oefenen op de vochtbalans van de hoeven van je paard. Dit kan door het laten overstromen van je waterbak, waardoor er een laagje, (ja..modder) komt te liggen. De modder houdt het water vast en beschermt de hoef van verdere uitdroging. Hiermee voorkomen we dat de hoef gaat brokkelen en scheuren, dat zorgt voor grotere problemen en gevoeligheid.

Zelf heb ik een waterobstakel gecreëerd waar de paarden meerdere keren per dag doorheen moeten stappen om aan de andere zijde van de paddock te komen.

Voor wie het grootser wil aanpakken kan er een zwempoel worden gerealiseerd, waar paarden graag gebruik van maken.

Ook Rechtgericht helpt graag bij de realisatie naar een meer natuurlijk evenwicht bij het houden van paarden. Ook hiervoor vraag je een adviesconsult aan.

Vriend of vijand? Plant van de maand: Jacobskruiskruid

Ik probeer elke maand een plant uit mijn weide te belichten. Ondanks dat de plant nu nog geen gele bloemen draagt, vallen zijn rozetten in de lente goed op. Het kruiskruid groeit eerder dan ons weidegras en zijn daardoor nu goed te herkennen.

Het is een veelbesproken “enge” plant, het sintjacobskruiskruid. En niet voor niets vinden wij het een enge plant, want deze plant is inderdaad giftig en kan bij overmatige inname zelfs dodelijke gevolgen hebben. Wanneer het paard deze plant tegen komt, zal dit geen gevaar opleveren. Van nature weet het paard dat deze plant giftig voor haar is. Maar dit wordt anders als het zich in gedroogde vorm in het hooi bevindt. Het paard zal de plant niet meer herkennen en het risico lopen om het toch binnen te krijgen.

Waarom is het zo giftig?
Jakobskruiskruid is giftig voor de meeste zoogdieren, waaronder ook de mens, doordat het zestien verschillende alkaloïden bevat. De bloemen bevatten tweemaal zoveel gif als de bladeren. In de plant zijn pyrrolizidine-alkaloïden (PA’s) aanwezig in de N-oxidevorm die niet giftig is. Pas als de plant opgegeten wordt, worden deze verbindingen met name in de dunne darm omgezet in giftige, vrije alkaloïden die de lever aantasten, waarbij kleine bloedvaatjes verstopt raken. (‘Hepatische veno-occlusie’). (bron: Wikipedia)

Runderen en paarden vermijden bij het grazen jakobskruiskruid normaal gesproken, maar in tijden van droogte en voedselschaarste kunnen ze het wel gaan eten. Hoewel kruiskruidvergiftiging de lever op een onomkeerbare manier kan beschadigen, is het effect van deze beschadiging op de gezondheid van een dier niet altijd onomkeerbaar. Tot op zekere hoogte kan de functie van de afgestorven levercellen overgenomen worden door andere levercellen. Als de aangebrachte schade echter te groot is, dan is dit niet meer mogelijk en als de levercapaciteit met 50-70% is afgenomen ontstaan er verschijnselen van leverziekte.

Toch heb ik deze plant rond mijn weide staan, en laat ik hem tot bloei komen. Dit doe ik, omdat ik de weide niet hooi en deze plant enorm veel insecten aantrekt, die zich op hun beurt weer nuttig maken voor de andere kruiden in mijn weide. Ik hou de planten wel goed in de gaten, zodat hij niet tot grotere verspreiding kan komen. Het is een pioniersplant en hij verspreidt zich snel, doordat een volwassen plant 75.000 tot 200.000 vruchten kan produceren, die op open plekken in het gras of de berm, makkelijk kiemen. Zo houdt ik het aantal in de hand, en het staat ook nog eens mooi.

Vergis je niet tussen de wel nuttige plant: het boerenwormkruid. Deze lijkt enorm veel op het Jacobskruiskruid en wordt onterecht uit de weides gemeden. Terwijl deze plant, zoals zijn naam al aangeeft, worm afdrijvend werkt. Het verschil kan worden gezien in de bloemschermen die het boerenwormkruid niet heeft. Ook aan de typische geur, kan het wormkruid worden herkent.

Vervolg: Moet vandaag weg..

In mijn vorige blog: “moet vandaag weg”, schreef ik over mijn Spaanse reddingspaardje die tegenwoordig door het leven gaat als Casanova. Hij is vorig jaar april 2019 bij ons gekomen en revalideert nu een jaar.

We zijn inmiddels de winter voorbij en langzamerhand hebben de paarden hun winterjas niet meer nodig. Dit uit zich in het in het verharen. Wat heb ik hier lang op moeten wachten! En wat komt er dit jaar onder vandaan?

Het nieuwe zomeruiterlijk van het paard is afhankelijk van haar algehele conditie en of het al haar bouwstoffen heeft gekregen. Het verharen kost veel energie en in deze tijd geef ik de paarden dan ook extra gekookt lijnzaad. Terwijl er geen eind lijkt te komen aan de losse haren, zie ik al wel een hele mooie zilveren gloed over Casanova zijn vacht en manen. Zijn witte donshaar maakt steeds meer plek voor een heel bijzonder kleurenpalet.

Ook de training van Casanova wordt langzamerhand uitgebreid. Hij blijkt ontzettend slim en leergierig te zijn, maar houdt er niet van wanneer ik de leiding neem. Dit uit zich in een hengstenhouding en imponeert hij met zijn massale nek. Maar wat is hij dan mooi! Hij zweeft met weinig moeite, maar raakt snel uit balans. Hij lost dit op door hard en ongecontroleerd te gaan rennen.

Door middel van de commando’s weet Cas wanneer ik zijn gewicht op zijn andere schouder wens. Door hem hierin bij elke pas te begeleiden, valt hij steeds minder naar binnen. Er zijn al hele mooie gedragen stukken bij en Cas krijgt steeds meer vertrouwen in zijn eigen lijf. Van een hulpeloos mensenschuw paard, naar een bijna opdringerig werkwillig dier.

Wil je Casanova zijn ontwikkeling blijven volgen? Like onze Facebook pagina Rechtgericht en we houden je op de hoogte.

Passieve training

Een mooie bewoording die ik eens hoorde voor hetgeen ik altijd al na streef. De paarden meer spieren te laten gebruiken in de tijd dat we ze niet trainen. (passieve training) Dat wil zeggen in de paddock of weide. Ik probeer steeds nieuwe manieren te vinden waarbij ze net even wat meer beweging en souplesse tijdens het foerageren te geven.

In ons paddock paradise liggen daarom verschillende obstakels; takken, balken, spoorbielzen, keien en autobanden. Ook liggen er pallets rondom de hooibak. Hierdoor staan ze met hun voorvoeten verhoogd en moeten ze verder stretchen vanuit de laatste halswervel. Ook het eten over een obstakels als een spoorbiels, zorgt ervoor dat ze meer gewicht in de achterhand moeten opnemen om toch bij het hooi te kunnen. Door dit af te wisselen met hooinetten op verschillende hoogtes, creëer ik veel verschillende eet-houdingen.

We hebben een trap-heuvel aangelegd en kunnen het pad zo afsluiten dat dit obstakel moet worden genomen om bij de waterbakken te komen.

Maar ook een gemengde kudde kan positieve invloed hebben op het creëren van meer beweging. Het is prachtig om te zien welke bewegingen ruinen/hengsten kunnen maken tijdens het speelgedrag.

Heb je zelf geen inspiratie of zoek je hulp bij het realiseren van een natuurlijke manier van paarden houden? Ook hiervoor kan een les-consult worden ingezet.

Waarom zou ik ernaast lopen, als ik er ook op kan zitten

Dit is een veel voorkomende gedachte als mensen lezen over het grondwerken met je paard. Veel van ons ruiters zijn fanatiek en we hebben nou eenmaal een paard gekocht om er op te kunnen rijden. Een wedstrijdcarrière of voor het ontspannend buiten rijden. Sommige van ons ervaren problemen en komen zodoende bij het grondwerken terecht en andere wonen een clinic bij. We lezen er veel over, maar je bent al gauw een eenling wanneer je op je pensionstal gaat handwerken, tussen alle rijdende ruiters. En inderdaad voordat je het paard zo aan de hulpen hebt, lijkt het in eerste instantie dat we niet zoveel teweeg brengen. Wat jammer is en wat soms toch voor enige terughoudendheid zorgt. We zijn nou eenmaal geneigd snel resultaat te willen zien.

Het opleiden van een paard kost tijd, zo ook deze nieuwe manier van trainen eigen te maken. Je hebt samen met het paard de tijd nodig om ook op de grond, op elkaar af te stemmen. Sommige ruiters voelen zich minder zeker en sterk naast het paard, dan er op. Er zijn ook paarden die meer leider zijn dan hun baas en op deze manier de overhand nemen. De weg die wordt afgelegd is voor elke combinatie anders en uniek. En dit laatste is ook een ontzettend mooie ontwikkeling. Het voelt geweldig als de puzzelstukjes aan elkaar passen en jullie als één denken.

Laat anderen kijken en bewijs het tegendeel dat er ook ontzettend veel plezier en training uit grondwerk gehaald kan worden. We trainen ons paard en maken het veerkrachtig en sterk. Zonder het hierbij te belasten met ons ruitergewicht. We leren ons paard zonder hulpteugels of sterke rijtechnieken de oefeningen met plezier en zonder spanning uit te voeren. Het paard krijgt meer zelfvertrouwen en dit zal terug te zien zijn in de oefeningen.

Tot het moment dat anderen naar je toekomen om te vragen hoe je je paard zo goed aan de hulpen hebt gekregen. Vanaf de zijlijn hebben ze jullie zien groeien en komt er beweging in de gedachtegang over het grondwerken en de Academische Rijkunst.

Wat maakt de Academische Rijkunst zo waardevol

In de Academische Rijkunst worden (dressuur) oefeningen gebruikt binnen het kunnen van het paard. Het doel is om het paard vertrouwen te geven en het niet te overvragen. Zo blijft het paard plezier houden in het werk en wordt kan het zelfvertrouwen gaan groeien. We gebruiken oefeningen om het paard te gymnastiseren, waarbij hoofd en lijf op het zelfde niveau werken. We zien een paard dat met weinig moeite de oefeningen volbrengt en hierbij niet gespannen raakt. We kunnen afwisselen tussen het aanspannen en ontspannen van gerichte spiergroepen.

Doordat we de oefeningen aanpassen aan het trainingsniveau en souplesse van het paard, werken we samen. We werken binnen het kunnen van het paard, waardoor het gezond en vitaal door het leven kan blijven gaan.

Tijdens het academisch opleiden van het paard werken we toe naar een niveau dat voor het paard haalbaar is. Het ene lijf is nou eenmaal niet het andere lijf. Daarnaast worden we niet allemaal geboren met dezelfde gaven en hebben we allemaal andere talenten. Elk paardenras kan worden opgeleid binnen de Academische Rijkunst. Het niveau kan per paard worden aangepast binnen het vermogen van het paardenlijf. Dit houdt in dat niet alleen de lichter gebouwde rassen dit werk kunnen bewerkstelligen, maar ook de zwaarder gebouwde rassen. Wel zal het laatst benoemde meer doorzettingsvermogen vergen van de trainer.

Elk paard is bereid om mee te werken, zolang we het met respect behandelen. Zowel een shetlander als Belgisch trekpaard kan starten met deze geweldige, fijne manier van trainen. Alles staat en valt met de communicatie tussen ruiter en paard.

De filosofie van de Academische Rijkunst is er op gebaseerd dat de dressuur oorspronkelijk is bedacht voor het paard. En niet, zoals steeds gebruikelijker, dat het paard is gemaakt voor de dressuur.

Iedereen kan starten met de Academische Rijkunst, ongeacht leeftijd, trainingsniveau of gebruiksdoel. En zoals ik wel vaker zeg, zijn we niet gebonden aan het hebben van een rijbaan. Een stuk verharding of weiland volstaat prima.

Heb ik jullie interesse gewekt en lijkt het je leuk eens kennis te maken met het academisch trainen van het paard? De eerste les vindt altijd plaats op locatie bij Rechtgericht in Onna. Of we komen, tegen vergoeding, met een paard van ons op een gewenste locatie. Dit doen we zodat er kan worden ervaren naar welk gevoel we streven en wat de Academische Rijkunst inhoudt. Waarna jullie als combinatie jullie eigen pad gaan bewandelen naar lichtheid en harmonie.